Jan Breydelstadion

mei 10th 2010 | Posted in

Verhaal van het stadion

In 1973 nam het toenmalige stadsbestuur onder impuls van burgemeester Michel Van Maele het initiatief een gemeentelijk stadion te bouwen voor Club Brugge en Cercle Brugge. Van Maele had eerder al Cercle uit de financiële moeilijkheden gehaald door de stad het Edgard Desmetstadion te laten aankopen. In 1973 zat Club aan de grond, de grote recettes uit de thuiswedstrijden wogen niet op tegen de dure buitenlandse transfers van Rensenbrinck, Houwaart, Geels, Veenstra…

Door de verhuis naar een nieuw stadion in eigendom van de stad kon Club weer naar adem happen doordat het nu over de mogelijkheid beschikte de Klokke te verkopen, wat het in 2000 deed: toen werd het Albert Dyserinckstadion verkocht aan een bouwpromotor en ruimde het plaats voor een woonproject. Dit bracht de clubkas zo’n 2,5 miljoen euro op.

Van 1976 tot 1996 speelde provincialer Eendracht Brugge op de Klokke. Eendracht betaalde daarvoor aan Club Brugge een symbolische jaarlijkse huurprijs van 1 frank.
De gronden achter de kerk van Sint-Andries werden aangekocht in 1973 voor de som van 53 miljoen Belgische frank.

In 1974 werd met de bouw begonnen. Het nieuwe stadion, ontworpen door de architecten Jonckheere (die ook het ontwerp voor de uitbreiding tekenden), kostte 245 miljoen Belgische frank en beschikte over 30000 plaatsen. De benedenring bestond uit staanplaatsen (22000), bovenop de oost- en westtribune bood een tweede ring plaats aan in totaal 8000 zitplaatsen.
In de geest van de Olympische Spelen in München in 1972 kreeg het stadion de naam Olympiastadion. De afmetingen van het veld bedroegen 110 op 70 meter. Het stadion was en is nog steeds een stedelijk stadion, dus eigendom van de stad Brugge. Club en Cercle betalen huurgeld. De verlichtingsmasten werden van de Klokke gerecupereerd, net als het borstbeeld van ex-voorzitter Albert Dyserinck, dat een nieuwe plaats kreeg voor de hoofdtribune, en de inscriptie RFCB boven de ingangspoort, die nu in de voorgevel van het Administratief Centrum Van Maele verwerkt zit, voorheen bekend als “De Klokke”, naar het oude stadion dus.

Club kreeg de zijde links van de hoofdingang toegewezen, Cercle rechts ervan. Die logica respecterend kreeg de Brugse spionkop zijn plaats in de tribune aan de kant van de kerk en het kerkhof van Sint-Andries, die van Cercle in de tribune kant zwembad.
De aftrap in het nieuwe stadion werd gegeven bij aanvang van het seizoen 1975-1976.
Het stadion onderging in de loop der tijden nogal wat face-lifts. In 1987 werden in de Westtribune het logegebouw en de business-seats ingeplant, wat het verdwijnen van 1000 zitplaatsen met zich bracht (een andere bron vermeldt 29412 plaatsen waarvan 7034 zitplaatsen).
In 1993 werd onder druk van de UEFA overgegaan tot de vervanging van bijna alle staanplaatsen door zitjes, waardoor de capaciteit terugviel tot iets meer dan 18.000 plaatsen.

In mei 1995 kregen België en Nederland de organisatie toegewezen voor het Europees Kampioenschap voetbal in 2000. Brugge werd één van de gaststeden en om aan de minimumeisen te voldoen moet het stadion uitgebreid worden tot 30000 zitplaatsen. Om van subsidies te kunnen genieten moest het stadion een andere, meer “Vlaamse” naam krijgen. Er werd gegoocheld met Noordzeestadion en Flandriastadion, maar op voorstel van burgemeester Patrick Moenaert werd Olympia in 1998 herdoopt tot Jan Breydelstadion, naar de Brugse volksheld uit de veertiende eeuw.
In 1997/1998 werd de capaciteit door de uitbreiding van het aantal persstoelen, het afsluiten van de laatste staanplaatsen in de hoeken, en de aanvang van de werken voor Euro 2000 verder gereduceerd tot 15.021.

De verbouwingswerken vonden plaats in 1998 en 1999. De tribunes achter beide doelen werden fors opgetrokken en het stadion werd voorzien van nieuwe scoreborden, een nieuwe geluidsinstallatie (80.000W), nieuwe verlichtingsmasten bovenop de daken van de nieuwe tribunes, een nieuwe spelerstunnel en nieuwe dugouts. De hekkens werden verwijderd en vervangen door een trommelsysteem. De politie kreeg een nieuwe stek in een cabine in de hoek zuidelijke hoek van de oosttribune. Tenslotte werden ook de Olympialaan en de circulatiezones rond het stadion heraangelegd.

Totale kostprijs van dit alles bedroeg 410 miljoen oude Belgische franken, waarvan 250 miljoen van de Vlaamse en federale overheid.
Afbeelding Afbeelding Afbeelding

Na het Europees Kampioenschap werd het stadion, voornamelijk op initiatief van Club Brugge (dat sinds 2007 volop de kaart van een nieuw stadion trekt), nog wat verder aangepast (themacafé Extra Time, museumcircuit, Telenet Lounge, verhuis kantoren naar Administratief Centrum Michel Van Maele enzovoort) . Ook nam de Brugse sportdienst haar intrek in de Oosttribune.
In 2002 werd een tegelwand van kunstenaar en Clubsupporter Benoît Van Innis, met als thema voetbal, ingehuldigd op de gevel van de Noordtribune.

kunstwerk

In 2010 investeerden Club, Cercle en Stad Brugge in een verwarmde grasmat. In de zomers van 2011 en 2012 werden onder meer nieuwe zitjes met rugleuning geïnstalleerd in de bovenring van de hoofdtribune en de volledige benedenring, LED-boarding en -schermen geplaatst, kleedkamers, beide spelershomes, fitnessruimte… vernieuwd en de rolstoelzone uitgebreid en overdekt. Club Brugge verfde de helft van de gevel van de hoofdtribune blauw-zwart, Cercle deed later hetzelfde aan de andere kant, in groen-zwarte kleuren uiteraard…

In de winterstop van het seizoen 2015-2016 verving Club Brugge het veld door een hybride grasmat en in de zomer van 2016 werden, opnieuw op initiatief van landskampioen Club Brugge, de loges vervangen door één grote VIP-lounge en de business seats gerenoveerd en opengemaakt, zodat de VIP’s de wedstrijd voortaan niet meer achter glas moeten bekijken maar de sfeer kunnen proeven op een open, verwarmd terras.

Eind 2017 maakte Club Brugge bekend dat het in de afgelopen vijf jaar maar liefst 13 miljoen euro in het gemeenschappelijke stadion heeft geïnvesteerd. Indien nodig zal het dit blijven doen tot het naar het nieuwe stadion kan verhuizen, waarna Cercle Brugge het Jan Breydelstadion als enige gebruiker overneemt. In 2018 moet een studie afgewerkt zijn waaruit moet blijken wat dan de beste optie is voor Cercle: een verbouwing van het huidige stadion of de bouw van een nieuw stadion op de Olympiasite.

Verdeling van de capaciteit

Westtribune (hoofdtribune):

 

 

 

Business seats 463
Bovenring 2 327 (eretribune: 225)
Benedenring 2 705
Rolstoelsector 60
Pers 212
Club House 30

(vakken 122, 123 en 124, aan weerszijden van de eretribune, fungeren ook als VIP/business-tribune)

Noordtribune:

Bovenring: 6 834
Benedenring: 2 273 (vrije ongenummerde plaatsen) + 15 rolstoelplaatsen

Oosttribune:

Bovenring: 4 244
Benedenring: 2 722

Zuidtribune:

Bovenring: 5 457
Benedenring: 1 967 + 15 rolstoelplaatsen bezoekers (onderaan het ongebruikte vak 412)

Opmerkingen:

  • Zuid: de vakken 421 en 422 vormen het bezoekerscompartiment dat 1 685 plaatsen telt. Het centrale vak 423 fungeert ook als Outdoor Lounge Zuid. De vakken 411, 412 en 420 worden om veiligheidsredenen niet meer opengesteld.
  • het huidige, exacte aantal plaatsen per tribune en in totaal (hier overgenomen van clubbrugge.be) is moeilijk te achterhalen door de vele wijzigingen doorheen de jaren.

Fiche

janbreydel01

Naam: Jan Breydelstadion
Adres/locatie: Olympialaan 74, 8200 Sint-Andries (Brugge)
Totale capaciteit: 29.062 plaatsen
Bouwjaar: 1974
Laatste renovatie: 2016
Ingebruikname: competitie 1975-1976
Eigenaar: Stad Brugge
Clubs: Club Brugge KV, Cercle Brugge KSV
Lichtcapaciteit: 1700 lux
Terreinafmetingen: 105 x 68 m

Foto’s

Voor de verbouwingen in 1998:

Na de verbouwingen (en vóór de aanpassingen in 2011 en 2012):

Links