Het Verhaal
De vroege geschiedenis van aartsrivalen Standard en Club Luik is eigenlijk sterk verweven, ook wat betreft de terreinen waar beide clubs speelden. Club Luik ontstond in 1892 en speelde tot eind 1893 in de velodroom van het Parc de la Boverie. Toen verhuisde de club naar de tuinen van het kasteel van Sclessin en in 1896 naar de velden van de kasteelboerderij op de Terril du Bois d’Avroy, 200 meter verderop. In 1897 fusioneert Club Luik met Liège F.A. en verhuist naar diens terrein te Cointe (plaine du Champs des Oiseaux). Een deel van de spelers van Liège F.A., leerlingen van het Saint-Servais College, gingen echter niet akkoord met de fusie en richtten, geïnspireerd door de successen van de Parijse club Standard A.C., Standard de Liège op, in de rode uitrusting van hun voormalige club.
Standard ging spelen op de velodroom van het Parc de la Boverie. In 1906 vond op die locatie echter de Wereldtentoonstelling plaats en de club moest verhuizen. Via een tussenstop in Grivegnée (op de site van een voormalige cokesoven) kwam Standard uiteindelijk, onder impuls van toekomstig voorzitter Maurice Dufrasne en tegen de achtergrond van de play-offs voor promotie naar eerste klasse, in 1909 op het voormalige terrein van Club Luik in Sclessin terecht. Standard betaalde er 300 BEF huurgeld. De plaatselijke hangar werd gebruikt als bergplaats, omkleden gebeurde boven het nabijgelegen Café Soulet. Er was ook een eerste aanzet tot een kantine.
Ter gelegenheid van de promotie werden achter het doel kant Maas drie kleedkamers en een kantine gebouwd. In 1910 werd het veld heraangelegd en werd een kleine tribune gebouwd voor 300 à 400 toeschouwers.
In 1923 werden de terreinen, zo’n 2ha groot, definitief aangekocht. Sclessin beschikte toen over zo’n 3.500 plaatsen. Niet veel later werd het veld verlegd om plaats vrij te maken voor de bouw van tribunes. Een betonnen tribune met vestiaires, kantine en vergaderzalen werd opgetrokken en bijkomende terreinen werden aangeschaft zodat een tweede veld kon worden aangelegd.
In 1950 wordt eveneens werk gemaakt van de huidige tribune IV. Deze staantribune geeft plaats aan 6.500 toeschouwers van de club. Voor de aanvang van het seizoen 1953-1954 worden de zitplaatsen van Tribune I gevoelig uitgebreid. Deze zou plaats bieden aan een extra 3.000 supporters, en brengt zo het totaal op 37.000 plaatsen. De enige plaats in het stadion zonder echte tribune krijgt uitbreiding tijdens de zomerperiode voor het seizoen 58-59 met de inhuldiging van de ‘Terril’ (huidige tribune III). Om op het elan van de gewonnen titel in eerste klasse verder te gaan, besluit de directie onder leiding van voorzitter Henrard tot de modernisering van het stadion. De kleedkamers krijgen een degelijk opfrisbeurt in 1961, net zoals de burelen op Sclessin en de perstribune. Zowel qua spelers als infrastructuur rivaliseert Standard met de groten in Europa. Het aantal zitplaatsen wordt verhoogd tot 7.500.
In 1970 beschikte het stadion over 38.000 plaatsen, waarvan 9.000 zitplaatsen.
Begin jaren ‘70, en 1972 om exact te zijn, herneemt men op Sclessin de werken aan het stadion. Na lang discussiëren besluit de directie om de staantribune achter het doel, momenteel Tribune IV, aan de Maaskant, onder handen te nemen. Die zou uiteindelijk plaats gaan bieden aan 12.500 supporters, en het stadion voor het eerst volledig rond maken. De ‘huidige’ tribune bood plaats aan 6.500 toeschouwers, terwijl er nu dus 6.000 extra de ploeg kunnen komen ondersteunen. Met deze verhoging heeft Sclessin nu een capaciteit van 43.000 plaatsen.
Tijdens de zomer van 1985 wordt er dan uiteindelijk overgegaan tot de vervanging van de oude zittribune (Tribune 1). Op zes maanden tijd en exact zestig jaar na de eerste wordt er een tribune van 115 meter gebouwd. Alhoewel er in de beginfase enkel gedacht werd aan een opfrisbeurt, besloot de directie beroep te doen op André Duchêne om een gans nieuwe tribune te bouwen. In totaal geeft die plaats aan 5.500 supporters. Opmerkelijk was echter de intrede van de loges. Niet minder dan 28 loges van 25m² werden gebouwd.
Zeven jaar later is Tribune 2 aan de beurt. Ditmaal werd beroep gedaan op de SA.Standard 2000 – Club Affaires om de affaire te bekostigen. Waarom “Standard 2000”? Omdat dan de lening voor die tribune volledig afbetaald zou zijn. Ze zou plaats bieden aan 150% meer supporters dan voorheen. Op vier maanden tijd werd de tribune afgebroken en vervangen door een nieuwe. Wederom een samenwerking tussen Michel Boelens en André Duchene. Nieuwigheid ditmaal is de opening van een Club Affaires, een zaal waar zakenlui elkaar kunnen vinden, met onder andere een ruimte van zo’n 1.300m². In totaal worden er 610 business seats geinstalleerd. De staantribune onderaan geeft plaats aan 5.400 supporters en kan omgezet worden naar zitplaatsen. Dit was een nieuwe eis van de UEFA. Het aantal plaatsen wordt dan wel terug gebracht naar 2.700. Boven is er plaats voor 3.700 zitplaatsen. De capaciteit van het stadion gaat zo van 25.000 naar 26.400 plaatsen en wordt officieel ingehuldigd tegen Bayern Munchen.
In 1995 worden de werken aangevat om de Tribune Terril aan te pakken. Dit in aanloop voor het EK 2000 dat in Belgie zou georganiseerd worden. Onderaan is er plaats voor 3.000 staanplaatsen, die omgebouwd kunnen worden naar 1.500 zitplaatsen, zoals de UEFA dat voorschrijft. Bovenin zijn er dan weer 2.500 zitplaatsen. Wat een totale capaciteit van 5.500 plaatsen geeft. In totaal geeft dat 14.000 zitplaatsen en 11.000 staanplaatsen.
Vier jaar later, in 1999, wordt ook de tribune Vercour vervangen door een moderne versie. Van het oude oorspronkelijke stadion is er dan ook geen spoor meer. De Rouches spelen in een nieuwe tempel die een kleine 30.000 toeschouwers kan ontvangen.
Ook Sclessin werd in 2012 voorzien van zitjes met rugleuning (op vraag van de UEFA). Het stadion kreeg opnieuw staanvakken, waar voor Europese wedstrijden zoals in Anderlecht de zitjes kunnen worden neergeklapt.
Tegen 2020 wilt Standard de eerste fase in gebruik nemen van een grondige verbouwing van het stadion en omgeving, waarbij ook de capaciteit wordt uitgebreid naar 34.000 plaatsen.
Verdeling van de capaciteit:
Tribune I
1e ring : 2.297 plaatsen
Loges : 362 plaatsen
2e ring : 2.202 plaatsen
3e ring : 3.680 plaatsen
Tribune II
1e ring : 3.123 plaatsen
Rolstoelplaatsen: 46
Business seats : 616 plaatsen
3e ring : 3.638 plaatsen
Tribune III (kant Terril):
1e ring : 1.699 plaatsen (in zittende configuratie)
2e ring : 2.063 plaatsen (in zittende configuratie)
3e ring : 2.906 plaatsen
Tribune IV (kant Maas):
1e ring : 1.235 plaatsen (in zittende configuratie)
Rolstoelplaatsen: 12
2e ring : 1.699 plaatsen (in zittende configuratie)
3e ring : 2.694 plaatsen
Het bezoekersvak is beperkt tot 1.332 plaatsen.
Nvdr: de optelsom komt niet overeen met de totale capaciteit op de website van de club.
Fiche
Naam: Stade Maurice Dufrasne / Sclessin
Adres/locatie: Rue de la Centrale 2, 4000 Sclessin (Liège)
Totale capaciteit: 27.670 (29.388 met staanplaatsen?)
Recordopkomst: 20/10/1982 Standard – Juventus 38.034
Ingebruikname: 1909
Laatste renovatie: 1999
Eigenaar: Standard de Liège
Clubs: Standard de Liège
Bronnen: http://www.standard.be, http://www.rfcliege.be, http://www.sclessin.be
Foto’s
Bronnen: http://www.standardliege.be, http://maps.live.com